Hart
“Here, mag ik dan hun hart?”
“Hun hart? Hoe kom je daar nu bij? Waarom zou je dat mogen?”
“Nou, euhm, tja, ik wil ook iets!” Hij is even stil, denkt na. Hoe kan hij dit het beste verwoorden, zodat hij zijn zin krijg en hij de oude man overtuigt. Hij ziet de grijze lokken van de oude man, ze vallen langs zijn ronde gezicht. Hij is oud. Ouder dan eeuwenoud. Te oud? Minder alert? Hij ruikt zijn kans.
Zijn ogen beginnen te glimmen, een klein geel lichtje verschijnt in zijn pupil. Langzaam begint hij te praten.
“Kijk, u bent van de oneindige liefde, de grote schepper. Van in den beginne was het woord, van licht en donker, hemel en aarde, van goed en kwaad. Zij van het goede hebben al zoveel. Maar ik mag toch ook iets? U bent toch ook de schepper van mijn deel van de wereld, van goed én kwaad?” Zijn tong schiet over zijn lippen, vragend kijkt hij de oude man aan:
“Daarom vraag ik u: mag ik hun hart?”
De oude man schudt zachtjes zijn oude hoofd.
“Nee, hun hart is van hun zelf. Dat is niet van jou.”
“Nooit?” Vraagt hij. Hij voelt dat er ruimte is.
“Nee, nooit”, zegt de oude man beslist. Maar daar neemt hij geen genoegen mee.
“En als ze hun hart nu aan me geven?”
De oude man glimlacht.
“Dan is het een ander verhaal. Ze hebben zelfbeschikkingsrecht, vrij wil noemen we dat. Als ze hun hart aan jou geven, aan jouw illusies en droombeelden over roem en rijkdom, over een groot bedrijf en een mega-omzet of een hoog salaris, is dat hun vrije keus. Daar zal ik niets aan doen.”
Hij knikt tevreden. Dat is alvast iets.
Buik
Maar hij wil meer. Veel meer.
“En hun buik?” Probeert hij. De oude man schudt opnieuw zijn hoofd.
“Nee, in hun buik zitten ze zelf. Met hun gevoel, hun hele wezen. Die is niet van jou.”
Opnieuw blijft hij een uitweg zoeken:
“En als ze er nu zelf niet in willen? Als ze weggaan uit hun buik? Als ze weglopen voor hun angsten en onzekerheden? Als ze niet willen voelen? Als ze het mij vragen om hun eigen gevoel niet te ervaren?” De oude man knikt bedachtzaam.
“Tja, als ze niet in hun buik willen zijn, niet willen voelen. Als ze jou vragen om hun gevoel te verdoven met je drank, drugs, druk zijn, te hard werken, of schermverslaving. Tja, dat is hun eigen keus. Dan is hun buik voor jou.” De oude man kijkt bedroefd, alsof hij weet wat er gaat gebeuren.
Dan gaat het hoofd van de oude man omhoog:
“Maar ze mogen hun buik altijd terugvorderen. Opnieuw in gebruik nemen.”
Hij zucht. Daar was hij al bang voor. Maar goed, het is meer dan hij had verwacht. Hij geeft toe:
“Prima, als ze er zelf weer zo nodig in willen, dan ga ik wel weg uit die buik. Maar dan moeten ze wel zelf hun rotzooi opruimen. Al die lastige emoties, kleine trauma’s die ze jarenlang niet wilden voelen. Die neem ik niet mee!” Hij roept het fel uit. Feller dan nodig. Want de oude man knikt al:
“Natuurlijk, een buik die ze willen bewonen, moeten ze zelf verwerven. Alles wat ze nooit wilden voelen moeten ze alsnog ervaren”, zegt de oude man bedaard.
Hij lacht. Dat is een prima deal, dat ziet hij wel zitten.
Hoofd
Hij is klaar voor de laatste ronde. Zijn grootste trofee ligt binnen handbereik. De oude man heeft hem verbaasd. Hij heeft meer dan hij had verwacht. Veel meer. Toch gaat hij door. Op een voor hem zelf onverwacht soepele toon vraagt hij:
“En hun leven en hun tijd? Hoe zit het daar mee?” De oude man reageert fel.
“Hun leven? Dat krijg je niet! En hun tijd evenmin. Die is van hen zelf. Altijd.” Hij voelt dat hij zijn hand bijna heeft overspeeld. Dan valt hem een slimmigheidje in:
“Ik hoef natuurlijk niet écht hun tijd en hun leven. Dat zou niet kunnen. Die is van hen. Dat weet ik natuurlijk. Zelfbeschikkingsrecht, vrije wil, enzo.”
Hij lacht even schamper. Zijn tong glijdt drie maal snel over zijn lippen. Dan bepleit hij:
“Ik hoef alleen maar hun gedachten. Natuurlijk niet de lieve, oprechte en ware gedachten. Ik hoef ook niet de mooie ideeën of de zuivere inspiratie. Ik hoef zeker niet de vrijgevigheid of vriendelijkheid!” Hij spuugt de woorden bijna uit, zo’n hekel heeft hij aan die dingen.
“Wat ik wil is iets anders. Iets eenvoudigs.” Hij pauzeert even. Dan zegt hij overtuigend:
“Alles wat ik wil, is hun gepieker over het verleden, en hun eindeloze plannenmakerij. Alle dingen die ze steeds verzinnen die ze ‘ook nog zouden kunnen doen’. De stroom van projecten die hen ontevreden maakt, omdat ze er niet aan toekomen. Die ze steeds weghaalt uit jouw eeuwige ‘nu’. De plannen die hun aandacht gijzelen en afleiden. Die wil ik.” De oude man glimlacht:
“Dat begrijp ik. Dat is precies wat bij je past.” De oude man zwijgt even, dan knikt hij kort:
“Die mag je hebben. Ze zijn van jou!”
Ze gaan het allemaal leren
Lang nadat hij weg is, zit de oude man nog op dezelfde plaats. Zijn lange grijze haar golft langs zijn gezicht over zijn schouders. Hij beweegt niet. Zijn gezicht is ondoorgrondelijk. Is het bedroefd? Teleurgesteld?
Langzaam trekken de mondhoeken van de oude man omhoog, kleine lachrimpeltjes verschijnen naast zijn ogen, terwijl hij zachtjes mompelt:
“Hij beseft het niet, maar hij is mijn beste. De belangrijkste van allen. Hij zal het de mensen leren. Een zuiver hart met oprechte liefde in plaats van valse begeerte. Een krachtige buik, waarin ze al hun gevoel durven te ervaren. Het beheersen van hun aandacht, de wijsheid van het nu. Dankzij hem gaan ze het leren. Allemaal.”
Laatste berichten van Ellen de Lange-Ros (toon alles)
- Zacht werken voor hoogbegaafde ondernemers - 23 april 2022
- Overexcitabilities – Wat zijn jouw extra gevoeligheden? - 25 oktober 2021
- Het ritme in je werk - 30 augustus 2021
- De kracht van niks - 30 augustus 2021
- Zacht werken en moe zijn – Podcast (ENG) - 30 augustus 2021
Gaaaf!
Prachtig! en zo waar. Dankjewel Ellen.